We horen regelmatig het verwijt dat de Kerk onvoldoende respect zou hebben voor homoseksuele personen. Wat is daarvan aan?
Een ontmoeting
Iets meer dan vier jaar geleden, een paar weken na mijn priesterwijding, heb ik als kersvers priester een bijzondere pastorale ervaring meegemaakt. Terwijl ik in de stad Sevilla in clergyman over de stoep wandelde, werd ik aangesproken door een man, een mollige vijftiger, vriendelijk, maar met een ernstige blik, geërgerd.
Zonder omhaal van woorden, vraagt hij mij:
— Eerwaarde , ik ben homo. Waarom veracht de Kerk ons?
Enigszins onthutst, antwoord ik:
— De Kerk veracht jou niet (in Spanje tutoyeert men zelfs onbekenden). Ze respecteert je en houdt van jou. Maar jij wordt ook uitgenodigd om de Kerk te respecteren, met name haar recht om een boodschap over de menselijke liefde te verkondigen, zelfs indien ze verschillend is van de jouwe. Ben je het daarmee eens?
— Volledig akkoord!
— In deze omstandigheden kunnen we de beste vrienden van de wereld zijn.
En we namen afscheid met een handdruk. Ik denk dat het de Heilige Geest is die me dit antwoord ingegeven heeft, absoluut onvoorbereid.
Het respect van de Kerk voor homoseksuele personen
De Kerk heeft het grootste respect voor homoseksuele personen. In haar documenten bijvoorbeeld, weigert zij om te spreken over “homoseksuelen”, alsof men een persoon zou kunnen reduceren tot zijn seksuele dimensie. De Kerk spreekt altijd van “homoseksuele personen”.
In alle lezingen die ik over dit onderwerp geef, vraag ik steeds om homoseksuele personen niet te stigmatiseren. De meesten ervaren deze neiging als een lijden. Voor velen is het een beproeving, die hen als christen beroert en hen ertoe brengt het geloof met een zeer hoge mate van coherentie te beleven, die bewondering afdwingt.
Anderen accepteren bewust hun neiging en leven er naar. Hun houding is in strijd met de kerkelijke moraal, die gebaseerd is op het onveranderlijke getuigenis van de Schrift en de Overlevering. Deze houding wordt ook betwist door talrijke psychologen en een groot gedeelte van de geneesheren. Maar de rechtmatigheid van een handelswijze betwisten is niet hetzelfde als de persoon niet respecteren.
Respect van homoseksuele personen voor de Kerk
Als arts en priester word ik vaak ondervraagd over deze kwestie. Meestal stel ik volgende analogie voor:
— Ik ben arts. Mag ik mijn rokende patiënten op de gevaren van het roken van tabak wijzen?
Men antwoordt mij steeds:
— Ja, zeker.
— Je hebt gelijk. Ik heb niet alleen het recht, maar het is mijn plicht om mijn patiënten te waarschuwen voor de gevaren van tabak. Het is zelfs een eis van naastenliefde. Dit gevaar is een wetenschappelijk feit, bewezen en overvloedig gedocumenteerd in de vakliteratuur, en bevestigd door mijn medische ervaring. Het zou misdadig zijn om rokers niet te informeren.
— Akkoord .
— En het zal bij niemand opkomen om mij te beschuldigen van “rokersfobie”.
— Juist!
— Maar waarom wordt men vaak meteen beschuldigd van “homofobie” wanneer men verwijst naar wetenschappelijke gegevens en zijn eigen medische en pastorale ervaring over de gevaren van homoseksuele handelswijze voor de lichamelijke, psychische en morele gezondheid?
De feiten en de stellingen waartoe zij leiden “zijn niet sterk of zwak, noch privé, noch publiek, noch koud noch warm, noch gewelddadig noch vreedzaam, noch autoritair noch democratisch, noch progressief noch conservatief, noch goed noch slecht. Ze zijn gewoon waar of onwaar. Wat zou men denken van een persoon die bij het geven van een wiskundig bewijs of een medische verklaring, zou beginnen met te zeggen dat deze wetenschappelijke gegevens slechts een privé waarde hebben, of dat ze een heel democratische theorie vormen? Als er een absolute zekerheid heerst dat een molecule de ontwikkeling van een tumor kan stoppen, is dat een medische waarheid, eenvoudigweg, en valt er niets aan toe te voegen” [1].
De stelling over het gevaar van homoseksueel gedrag is noch “homofiel” noch “homofoob.” Daarom moet men aanvaarden de juistheid ervan te onderzoeken en te bespreken met het grootste wederzijds respect.
Stefaan Seminckx is priester, doctor in de geneeskunde en de theologie. Deze tekst werd uit het Frans vertaald door Jos en Hélène Van Dyck.
[1] Angel Rodríguez Luño, Relativismo, verdad y fe , in http://www.eticaepolitica.net/eticafondamentale/arl_relativismo%5Bit%5D.htm(persoonlijke vertaling).