Ik wil niets anders zijn dan een leek omdat dat is wat God mij gevraagd heeft. En als Hij dat zegt, waarom zou iemand dan moeten komen eisen dat ik aanspraak maak op een andere plaats?
Laat mij een leek zijn. Zonder meer. Geen priesteres, geen vrouwelijke diaken, geen stemmend lid van een synode… Leek. Zoals de vrouwen aan de voet van het Kruis, die hun ogen gericht hielden op Christus, en niet op de sleutels van het Koninkrijk die rinkelden toen de heilige Petrus op de vlucht sloeg.
Laat mij in alle rust een leek zijn. Niet omdat het mij aan ambitie ontbreekt, niet omdat ik denk dat mannen beter geschikt zijn om de Kerk te besturen of omdat ik denk dat wij, vrouwen, ons zouden moeten opsluiten. Ik wil niets anders zijn dan een leek omdat dat is wat God mij gevraagd heeft. En als Hij dat zegt, waarom zou iemand dan moeten komen eisen dat ik aanspraak maak op een andere plaats?
De pech een vrouwelijke leek te zijn
In de Kerk zie ik veel mensen met de vinger wijzen naar een zwarte vlek op het witte tafellaken. Maar ik ben helemaal verbaasd wanneer ik vaststel dat zij degenen zijn die vuile vingers hebben. Zij creëren het probleem en geven vervolgens het tafelkleed en de hele wereld de schuld van de vuiligheid.
Zijn vrouwen minderwaardig omdat zij geen priesterwijding kunnen ontvangen? Wie heeft zoiets gezegd? Is Christus na zijn verrijzenis niet eerst aan de vrouwen verschenen? Ja, de apostelen hebben de macht om duivels uit te drijven en zonden te vergeven (je hoort mij niet zeggen dat dit niet cool is), maar het zijn de vrouwen die de eerste getuigen waren van de verrijzenis.
Het probleem is dat men roepingen steeds wil “in cijfers vertalen”. Dat herinnert mij aan de ruzies tussen broertjes en zusjes omdat mama aan de kleine Paul een millimeter groter stuk taart gegeven heeft. Mama heeft geen hekel aan jou, Pietje, kalm, kalm.
Sommige bewegingen die hun dagen doorbrengen met het opeisen van rechten, hebben ons overtuigd dat ook het leven van de Kerk gemeten kan worden. Zij willen mij overtuigen dat de Kerk zich vergist, dat ze mij opsluit in mijn rol als leek, omdat zij niet het beste voor mij wil. Je hebt geluk als je een trap hoger kan klimmen en een gewijde non kan worden, maar leek zijn… Wat een pech!
Juist een maat
En hoe kan ik je uitleggen dat ik graag leek ben? Dat ik echt niet denk dat men mij opgesloten heeft, en dat ik geloof dat mijn roeping mij niet opgelegd is door de Kerk, dat mijn roeping een geschenk van God is. Probeer ze zelf te meten, als je wil, want ik kan en wil dat niet doen.
De enige maat die een katholiek zou moeten kennen is die van het Kruis. Misschien heb ik het niet nodig om te weten te komen of ik als vrouw tot priester gewijd zou kunnen worden, maar om diepgaander te weten hoe ik Christus het best kan dienen, in zijn Kerk, in mijn rol als leek. Misschien heb ik het niet nodig te vechten voor die zogenaamde extra millimeter. Misschien moet ik alleen erkennen dat de Kerk een Moeder is die het beter weet dan ik. En ik zeg Kerk in haar geheel, zonder haar te herleiden tot een enkele paus, een college kardinalen of een tijdperk.
Dat wil niet zeggen dat er geen taken zijn waarin men vooruitgang kan maken, geen rollen om beter te erkennen of onderricht om te verdiepen. Het zou absurd zijn te denken dat wij al heel de rijkdom van de Kerk die door Christus gesticht is begrijpen, dat er geen vlakken zijn die verbeterd kunnen worden. Dat is niet de kwestie.
Laat mij in alle rust een leek zijn. Ik wil dat minderwaardigheidscomplex niet dat me zou doen denken dat mijn roeping minder waarde heeft. Ik wil dat superioriteitscomplex niet dat me zou doen denken dat ik er zoveel meer van weet dan heel de wijsheid van het Leergezag van de Kerk. Laat mij een leek zijn. En als je absoluut roepingen wil meten, vergelijk ze dan enkel en alleen met het Kruis. Misschien dat op Calvarie wij ons er rekenschap zullen van geven dat ons probleem niet een gebrek aan rechten is, maar een gebrek aan liefde.
Paloma Lopez Campos is redactrice van het blad Omnes. Bron: https://www.omnesmag.com/firmas/dejadme-ser-laica-en-paz-firma/. Deze tekst werd uit het Frans vertaald door Jos en Helene Van Dyck.