Mgr. Léonard zou in de AIDS-epidemie “hoogstens een soort immanente gerechtigheid, helemaal geen straf” zien. Waarom heeft deze bewering zoveel reacties uitgelokt?
In een vier jaar geleden gepubliceerd boek, onlangs vertaald in het Nederlands, heeft Mgr. Léonard, in antwoord op een vraag omtrent AIDS en meer bepaald omtrent de mogelijkheid dat deze ziekte een “straf van God” zou zijn voor de seksuele bevrijding, gezegd: “ Men heeft ooit eens aan Johannes Paulus II de vraag gesteld of AIDS een straf van God was. Hij heeft toen heel wijs geantwoord dat het erg moeilijk is Gods bedoelingen te kennen. Ikzelf redeneer helemaal niet in dat soort termen. Ik zie in deze epidemie dus geen straf, hoogstens een soort immanente gerechtigheid, een beetje zoals we op het ecologische vlak soms de rekening gerepresenteerd krijgen voor wat wij het milieu aandoen. Misschien wreekt ook de menselijke liefde zich soms als ze slecht behandeld wordt, zonder dat daarvoor een transcendente bron tussenbeide moet komen. Misschien is het een soort immanente gerechtigheid, maar wat de concrete oorzaken betreft, moeten de artsen ooit in staat zijn te zeggen hoe deze ziekte is ontstaan, hoe ze aanvankelijk werd doorgegeven en dan verder verspreid raakte… Maar algemener beschouwd, houd ik het bij iets in de orde van een soort immanente gerechtigheid. Slecht omgaan met de fysieke natuur brengt haar ertoe ons op onze beurt slecht te behandelen en slecht omgaan met de diepere aard van de menselijke liefde mondt ten slotte altijd uit in catastrofes op alle niveaus” ( Kerknet , 14 oktober 2010) .
Reacties en verduidelijkingen
Vreemd genoeg, terwijl deze woorden dateren van 2006, heeft de recente publicatie ervan in het Nederlands een rel teweeggebracht. Enkele reacties: “stuitend en kwetsend” , een visie die niet “thuis hoort in een moderne humanistische visie”, “middeleeuws”, “discriminerend en beledigend”, “totaal misplaatst”, “onverantwoord, problematisch en onwaar” , enz. ( De Standaard , 15 en 16 oktober 2010).
In een persconferentie op 15 oktober ll., heeft Mgr. Léonard bepaalde punten verduidelijkt:
• de context van zijn uiteenzetting toonde duidelijk dat zijn woorden van toepassing waren op meervoudige seksuele betrekkingen, niet op de gevallen van verticale overdracht van moeder naar kind of van besmetting door bloedtransfusie.
• wat het begrip “immanente gerechtigheid” betreft, denkt Mgr. Léonard dat dit niet goed begrepen werd: “ Indien longkanker het gevolg is van overmatig roken, dan is de kanker iets in de orde van een soort immanente gerechtigheid, want in de feiten zelf die men bewust doet, ligt de oorzaak van een gevolg waarvan men achteraf kan zeggen dat het een logisch gevolg is. Hetzelfde geldt voor aids als gevolg van promiscue seksueel gedrag” .
• op de bladzijde die volgt op de gelaakte passage zegde Mgr. Léonard letterlijk: “AIDS-patiënten en seropositieven mogen nooit het voorwerp van discriminatie zijn. Er is geen enkele reden om te discrimineren. Die mensen moeten net zoals alle anderen worden bejegend. Welke ook de bron van hun ziekte mag zijn, ze moeten worden omringd, aangemoedigd en gerespecteerd” .
• ten slotte heeft hij er zich voor behoed wie ook te veroordelen: “ Ik wil beklemtonen dat ik in het boek herhaaldelijk benadruk dat ik niet oordeel over personen, wel over bepaalde praktijken. Jezus oordeelde nooit over mensen, wel over sommige van hun praktijken” . ( Kerknet , 15 oktober 2010).
Waarom deze reacties?
Wat opvalt is de heftigheid en het aantal van de reacties. Bepaalde ervan zijn zeer begrijpelijk: seropositieven of AIDS-lijders zijn natuurlijk hypergevoelig voor iedere uitspraak over de beproeving die ze meemaken. Ze verdienen al ons respect.
Andere reacties zijn eerder onverwacht, omdat ze overhaast zijn, oppervlakkig en dikwijls voortkomend van politici, waarvan men een zekere bezadigdheid zou verwachten. Men krijgt dikwijls de indruk dat deze protagonisten geen kennis hadden genomen van de precieze uitspraken van Mgr. Léonard of van de context ervan.
De kritiek gaat in twee richtingen: het schijnbare gebrek aan barmhartigheid en het terug in vraag stellen van de seksuele vrijheid.
Ontbreekt het Mgr. Léonard aan barmhartigheid?
Wat betreft het beweerde gebrek aan barmhartigheid, komt het me voor dat hier twee aspecten van de werkelijkheid worden verward: de barmhartigheid is een uiting van naastenliefde en richt zich tot personen, terwijl de benadering van een epidemie een wetenschappelijk probleem is, toegespitst op de feiten in al hun hardheid en al hun koelheid.
Indien, zoals de wetenschap het heeft bewezen, tabak de gezondheid schaadt, en ik een patiënt waakzaam maak op de gevaren van tabak, ontbreekt het mij dan aan barmhartigheid tegenover deze roker? Ben ik een “rokerfoob”? Zo ook, wanneer men een homoseksuele persoon waakzaam maakt voor universeel erkende gewaagde gedragingen, is men dan homofoob? Heeft men gebrek aan barmhartigheid?
Ware naastenliefde sluit de waarheid niet uit: het is juist omdat men zich zorgen maakt over het lot van personen dat men de gevaren die hen bedreigen moet kenbaar maken. Zwijgen of de waarheid verbergen vanuit een steriele gevoelerigheid of een verborgen agenda is misdadig. Het is best mogelijk dat ooit, wanneer eindelijk de ogen zullen opengaan, men mannen of vrouwen die mensen niet hebben ingelicht omtrent gewaagde seksuele gedragingen, zal beschuldigen van “gebrek aan bijstand aan een persoon in gevaar”.
De kern van de zaak
Wat de aanval op de seksuele vrijheid betreft: het is duidelijk dat zij de inzet is van de hele controverse. Men verwijt Mgr. Léonard niet bij te zijn met de moderne maatschappij. Men vergeet dat een bisschop niet benoemd wordt om aan de wereld te behagen, maar om de leer van Jezus Christus te verkondigen (zelfs wanneer Mgr Léonard ter zake niets anders deed dan een vaststelling uit de observatie van de werkelijkheid).
Sedert de jaren 1960 heeft zich een ware ideologie van free sex ontwikkeld: men moet kunnen liefde bedrijven met wie ook, wanneer ook en hoe ook. Men stelt ons dat voor als een grote verworvenheid van de moderne maatschappij.
Zoals alle ideologieën is dit een besloten denkwijze die de geest gevangen houdt. Rationele argumenten hebben weinig vat op de ideologieën, die zich in de wereld der gedachten vestigen als een echte dictatuur. De heersende ideologie tegenspreken verdient de doodstraf : een ware lynchpartij in de media, zoals de opperrabbijn Guigi dit aanstipte op RTL-TVI in de uitzending “Controverse” op 17 oktober ll, i.v.m. het geval Léonard.
Het enige antwoord dat de ideologie van free sex geeft op de AIDS-pandemie is de “full condom”-strategie. Zij verwerpt zonder aarzelen de mogelijkheid de gevaarlijke gedragingen te veranderen. Zoals Benedictus XVI zulks in maart 2009 zeer goed heeft onderstreept, doet zij niets anders dan het probleem te verergeren. Studies van epidemiologen tonen het aan. In zijn reactie op de uitspraken van Benedictus XVI zegde Edward Green, professor in Harvard, expert in de AIDS-preventie, auteur van 5 wetenschappelijke boeken en 250 artikelen omtrent dit vraagstuk het volgende: “The Pope is actually correct” . En hij verduidelijkte dat de strategie van “full condom” gebaseerd is “not by evidence, but by ideology, stereotypes, and false assumptions” [1].
Wanneer alle Belgen op onze autowegen aan 180 km/uur zouden rijden, wat zouden onze overheden dan moeten doen? Een campagne ten voordele van het dragen van de veiligheidsgordel promoten? Dit zou ongerijmd zijn om twee redenen: 1) bij deze snelheid overleeft niemand, met of zonder gordel, een ongeval; 2) deze campagne zou een pervers effect hebben door stilzwijgend de boodschap over te maken dat men verder aan 180 km/uur mag rijden. De enige oplossing is een opvoedingstaak om zich meer verantwoord te gedragen.
Dat is precies wat de Kerk doet op het vlak van de seksualiteit: een veranderd gedrag bevorderen. Het feit dat bepaalde priesters een schrikwekkend tegenbewijs hebben geleverd op dit gebied nodigt ons uit tot nederigheid, maar ontkracht niet de boodschap van Christus.
De “seksuele vrijheid” komt niet voort uit het loslaten “in alle richtingen” van de seksuele drang, wat eerder zou leiden tot een verslaving, zelfs een echte verslaafdheid. De ware seksuele vrijheid ontstaat uit de beheersing, uit de heerschappij over het rijk van onze driften, onze gevoelens, onze affectiviteit. Ze is een echt zelfbezit ten dienste van een totale, definitieve en exclusieve zelfgave. Een gave die men schenkt aan de andere, in zijn fundamenteel anders-zijn, d.w.z. het seksueel anders-zijn, bewogen door een liefde die, zoals iedere ware liefde, openstaat voor vruchtbaarheid.
Stefaan Seminckx is priester, doctor in de geneeskunde en in de theologie. De vertaling uit het Frans werd verzorgd door Walter Van Goethem. Zie ook Afrika en AIDS: naar een nieuwe aanpak en Respect en homoseksualiteit .
[1] http://www.mercatornet.com/articles/view/african_aids_the_facts_that_demolish_the_myths/.