Een boekenshop voor katholieke inspiratie Verzending binnen heel BelgiëPapers over actuele onderwerpen

Ervaringen van het huwelijksleven (1/4)

19 januari 2012

 

Wij publiceren hier enkele bedenkingen die voortkomen uit de praktische ervaring van een gezinsvader. Deze bedenkingen zullen het voorwerp uitmaken van meerdere artikelen. In dit eerste deel bestudeert de auteur, een specialist in gezinsoriëntatie, de verscheidene dimensies van de echtelijke liefde en geeft hij enkele beschouwingen omtrent de kuisheid in het huwelijk.

 

1. De “niveaus” van de echtelijke liefde

Voor de gehuwde personen, voornamelijk vanaf het tijdstip waarop enkele jaren van het leven als echtpaar zijn verlopen, is het belangrijk te weten dat er in het echtelijke leven meerdere niveaus of vlakken zijn in de progressieve ontdekking van de andere en in de vereisten van een authentieke liefde.

 

De fysische aantrekkelijkheid

Meestal maakt deze de eerste beweegreden van de echtelijke liefde uit. Er zijn paren die beweren zich op dit niveau van de liefde te houden, met het nare gevolg dat zij deze gevoeligheid niet kunnen overstijgen om ze om te vormen tot een dieper gevoelen en vervolgens tot een sterke liefde. En dit onvermogen leidt er onveranderlijk toe de andere te behandelen als een ding, als een voorwerp.

 

Het gevolg daarvan is gemakkelijk te raden: als de andere dat gevoelen van fysische aantrek in mij niet meer veroorzaakt, zou ik er een nieuwe moeten zoeken die mij dit bijbrengt. De fysische aantrekkelijkheid is niet slecht. Fout is het deze te beschouwen als essentieel en zich op dit stadium vast te zetten. In feite begint de liefde met de fysische aantrek, maar is er niet in voltooid. De aantrek is niet het doel, het einde. Zij is een niveau dat moet overstegen worden. Ze moet niet verlaten worden, maar overstegen, verrijkt, opgenomen in de volgende stadia, die haar bestaansreden geven, haar een hogere categorie bezorgen, haar menselijker maken.

 

De staat van verliefdheid

Verder dan de fysische aantrek, zegt de verliefde: “Wat ben ik goed bij u!”. Dit is een hoger niveau dan het vorige, die de fysische aantrek omvat en opneemt. Geleidelijk ontdekt en waardeert men de persoonlijkheid van de echtgenoot, zijn morele hoedanigheden, zijn levenswijze.

 

Er zijn ook mensen die zich in deze “staat van verliefdheid” installeren, in dit aangenaam gevoel, dat zelfs bedwelmend kan zijn. Zij komen ertoe eerder van de “staat van verliefdheid” te houden dan van de echtgenoot.

 

Zoals bij de fysische aantrek, wanneer de “verliefde” gevoelens verdwijnen, denkt de persoon dat de liefde is uitgeblust. Hij wordt er aldus toe geneigd een ander persoon te zoeken die deze verdwenen gevoelens bij hem doet herleven.

 

Verliefd zijn is iets goeds en men moet dit gevoel gedurende het hele echtelijk leven begunstigen, maar dat is niet het te bereiken doel noch het essentiële van de liefde. Men moet de liefde verder verdiepen.

 

De liefde van de wil

Dit is het volle menselijk niveau, dit van de verstandelijke en vrije wil die besluit de echtgenoot lief te hebben en zich in te zetten om hem gelukkig te maken, verder dan de sensaties en gevoelens die deze liefde opwekt. De wil neemt om zo te zeggen het hart krachtig vast om dit te brengen waar hij wil: naar de geliefde, op elk ogenblik, overal en in alle omstandigheden. Het is een wil die verklaart: “ik heb lief en ik wil altijd meer liefhebben”, of zoals een klassieke schrijver het zegt: “ik ben niet alleen met jou gehuwd omdat ik je liefhad, maar om je iedere dag nog meer lief te hebben”. De gehuwde moet van dag tot dag de toekomst van de echtelijke liefde opbouwen.

 

Het huwelijk is een “liefdesbelofte”, niet zomaar een “pact” of een overeenkomst. Zoals Ricardo Yepes het zegt: “In de huidige tijd staat men dikwijls voor een zwakke en contractuele versie van de liefde, die erin bestaat te verzaken aan het feit dat ze nooit mag onderbroken worden. Deze levenswijze vertaalt zich in het verlaten van de beloften: niemand wil zijn toekomstige keuzes toezeggen, want men vat de liefde op als een overeenkomst, en men verwacht dat ze altijd voordelen zal opleveren”.

 

2. Kuisheid in het huwelijk: een dubbele bevestiging

In de Catechismus van de Katholieke Kerk “betekent de kuisheid de geslaagde integratie van de seksualiteit in de persoonlijkheid en wijst daarmee op de innerlijke eenheid van de mens als lichamelijk en geestelijk wezen. In de seksualiteit komt tot uitdrukking dat de mens deel uitmaakt van de lichamelijke en de biologische wereld; deze seksualiteit wordt echt persoonlijk en menswaardig beleefd, wanneer ze opgenomen wordt in de relatie tussen twee personen, in de volledige wederzijdse overgave van man en vrouw, onbeperkt van duur. De deugd van kuisheid omvat dus zowel de gaafheid van de persoon als de volledigheid van de gave.” (nr. 2337).

 

De kuisheid veronderstelt een dubbele affirmatie, want de liefde is als een vuur, dat bestendig moet gevoed worden (affirmatieve affirmatie) en beschermd tegen al wat het zou kunnen uitdoven (affirmatieve negatie).

 

“Affirmatieve” affirmatie

De deugd van de kuisheid in het echtelijke leven nodigt ertoe uit positief de liefde van de echtgenoot op te wekken op een inventieve wijze. Enkele voorbeelden: elke dag enkele minuten wijden om tegenover de echtgenoot kleine gebaren van genegenheid te bedenken; hem/haar dikwijls zeggen dat men hem/haar liefheeft en hem/haar danken wanneer hij/zij dat zegt; trachten hem/haar te verrassen door een onverwachte dienst die bekommerdheid uitdrukt; ogenblikken vinden om met twee te zijn, met twee spreken of rusten, in de meest gunstige voorwaarden en de wederzijdse aantrek begunstigen.

 

“Affirmatieve” negatie

Deze bestaat erin te vermijden al wat de liefde zou kunnen verkoelen. De zin van deze “negatie” is bij uitstek positief: het gaat erom de echtelijke liefde te doen groeien.

 

Men moet erop letten afstand te bewaren tegenover de personen van het andere geslacht in het beroeps- of sociale leven, of bij reizen, enz. Het feit gehuwd te zijn mag u niet vrijstellen familiair gedrag te vermijden. Vertrouwensuitingen tegenover de echtgenoot moeten bij andere personen vermeden worden. Hier enkele voorbeelden: niet alleen blijven met een persoon van het andere geslacht in een kamer of in een auto of in de nabijheid van de andere in een hotel tijdens een beroepsreis; vermijden over persoonlijke problemen te spreken waarover men alleen met de eigen echtgenoot moet spreken; niet luisteren naar vertrouwelijke zaken van deze aard, die banden zouden kunnen scheppen ; vermijden bij de anderen “begrip” te zoeken die men niet bij zijn echtgenoot vindt.

 

Omtrent al deze punten zijn een groot aantal personen naïef (ze zijn niet slecht, maar “té goed”). Men moet ermee rekening houden dat een vreemde die men van tijd tot tijd kruist ons gemakkelijk — en ten onrechte — kan voorkomen als een vriendelijke en correcte gesprekspartner die ons zal begrijpen.

 

Een andere vergissing bestaat erin te denken dat men minder voorzichtig moet zijn met personen van het andere geslacht als die ons voorkomen als weinig bevoordeeld. De ervaring toont aan dat men zich in deze gevallen dikwijls laat gaan tot vertrouwelijkheid of misplaatste uitingen van intimiteit (spreken over een probleem met een kind, raad vragen omtrent een cadeau voor de echtgenoot, vertellen over de toekomstplannen van het paar, enz.). Deze uitingen weven een net van dichte draden die dikwijls moeilijk door te snijden zijn, die men moeilijk als negatief opvat tot op de dag waarop in een ogenblik van verhoogde gevoeligheid of zwakheid dit kan uitlopen op een ernstige ontrouw.

 

Onze tijd nodigt ons uit aan te dringen op deze “affirmatieve negatie”, want de verzoeken zijn legio. Maar de “affirmatieve affirmatie” is belangrijker. Men moet de gehuwden aanmoedigen zich in te spannen de echtgenoot dag na dag te veroveren, door hem lief te hebben zoals hij wenst geliefd te worden; door een brede waaier van huwelijksintimiteit te voeden, door gevoelens en geestesgesteldheid te delen, door te trachten één enkel hart te vormen (ook al moet men zich dan weer niet verplicht voelen alles te zeggen aan de echtgenoot).

 

Javier Vidal-Quadras Trias de Bes is gehuwd en vader van zeven kinderen. Hij is advocaat en was professor van Recht. Hij geeft cursus van gezinsoriëntering en is secretaris-generaal van de International Federation for Family Development die een raadgevend statuut heeft bij de Verenigde Naties. Deze tekst is een door E. H. Stefaan Seminckx licht aangepaste vertaling, van Algunas experiencias prácticas y consideraciones básicas de un padre de familia sobre la vida conyugal y familiar (Enkele praktische ervaringen en fundamentele beschouwingen van een gezinsvader omtrent het gehuwde en familiale leven), gepubliceerd in www.collationes.org. Walter Van Goethem verzorgde de Nederlandse versie.