De vervolging en de godsdienstdiscriminatie zijn meer dan ooit actueel. En dat niet enkel buiten het oude continent …
“Een recente studie kwam tot een pakkende conclusie: meer dan honderdduizend christenen worden ieder jaar wegens hun geloof gedood. Anderen moeten gedwongen uitwijking ondergaan, vernieling van hun cultusplaatsen, verkrachting en ontvoering van hun leiders”, zoals zulks nog kort geleden gebeurde in de gevallen van de orthodoxe bisschoppen Yohanna Ibrahim en Bouklos Yaziji te Aleppo in Syrië; aldus bevestigde de aartsbisschop Silvano Tomasi, permanent waarnemer van de Heilige Stoel bij de Verenigde Naties, tijdens de 23e zitting van de Raad van de Mensenrechten, geopend op 28 mei jl.
Fernand de Haro bevestigt hetzelfde in zijn nieuw boek Cristianos y leones (Christenen en leeuwen, Planeta, Barcelona 2013): ieder jaar worden er in de wereld honderdduizend christenen vermoord. Haro herinnert eraan dat in 2001 David B. Barret en Todd M. Johnson het verslag World Christian Trends hebben gepubliceerd, waarin zij verklaren dat tussen 2000 en 2005 het jaarlijks gemiddeld aantal wegens hun geloof gedode christenen 160.000 bedroeg. In 2010 daalde dit aantal tot 100.000. Deze vermindering komt voort uit de ondertekening van de vrede in Zuid-Soedan in 2005. Thans zijn 75% van de personen die godsdienstdiscriminatie ondergaan christenen. Volgens inlichtingen gedateerd januari 2013 van het Pew Research Center (Washington) worden er in de wereld honderd miljoen christenen vervolgd. Volgens Haro is het christendom een rem voor de universele macht van de dictaturen die de uitoefening van het recht op godsdienstvrijheid strafbaar stellen.
Geografie van het geweld tegen de christenen
Het werk Cristianos y leones overloopt de landen waar de godsdienstvrijheid het meest wordt overtreden. In het Midden-Oosten bemerkt men een groeiend proces van islamitisch radicalisme dat de veiligheid van de christenen bedreigt. In Irak telt men 180.000 christenen op een totaal van 31 miljoen inwoners. Sedert 2003 werden er 2.000 christenen om hun godsdienst vermoord. Van 2003 tot 2012 zijn er 650.000 christenen uitgeweken. De gevolgen van de oorlog van 2003 waren rampzalig voor de christelijke gemeenschap die sedert 2.000 jaar in de streek was gevestigd.
In Egypte heeft het aan de macht komen van de moslimbroeders in 2012 de veiligheid van de burgers met christelijke geloofsbelijdenis negatief beïnvloed. Volgens Haro zal het eerbiedigen van de christelijke kopten in Egypte beslissend zijn voor het overleven van de democratie in dat land.
In Pakistan met een bevolking van 184 miljoen inwoners waarvan 4 miljoen christenen, zijn er voor het ogenblik 993 beschuldigden op grond van de wet tegen de godslastering, waarvan 120 christenen. Shahbaz Bhatti, minister voor de godsdienstige minderheden, werd op 2 maart 2011 vermoord na zijn poging deze wet af te schaffen en de christenen te verdedigen zoals Asia Bibi. In de lente van 2009, na door enkele buren te zijn lastig gevallen om zich te bekeren tot de islam, zegde Asia hun: “Ik geloof dat Jezus Christus zich heeft geslachtofferd op het kruis voor de zonden van de wereld. Wat heeft uw profeet Mohammed gedaan om de mensen te redden?”. Als gevolg daarvan werd zij verklikt aan een imam, in het gevang gezet, en ter dood veroordeeld, maar nog niet terechtgesteld.
In Nigeria, met 73 miljoen christenen op een totaal van 160 miljoen inwoners, heeft de islamitische terroristische groepering Boko Haram in 2011 550 personen vermoord. In januari 2012 was er een aanval op de kerk van de Heilige Theresa van Madalla, waarbij 40 personen werden gedood. In India, met 1,16 miljard inwoners, waarvan 230 miljoen christenen, is er een verhoogd terrorisme van hindoe-nationalistische oorsprong. In augustus 2008 werden er 500 christenen vermoord in Bhubaneshwar, in de staat Orissa.
In China waar er 115 miljoen christenen leven onder een bevolking van 1,139 miljard inwoners, is het de communistische partij die de katholieke Kerk tart. Nadat men zijn voorganger Fan Xueyan heeft gedood, heeft Su Zhimin, bisschop van Boading, thans in de gevangenis, aan de gezagdragers gevraagd dat een onderzoek zou worden ingesteld in verband met de erge schendingen van de burgerrechten en dat de rechten van vele gelovigen zouden gewaarborgd worden. Het verslag van Kerk in Nood van 2012 somt de schendingen van de vrijheid t.o.v. de katholieke hiërarchie en het christen volk op. Toch hebben de katholieken in de laatste 60 jaar zich verviervoudigd in aantal.
Verdediging en draagwijdte van de godsdienstvrijheid
De godsdienstvrijheid is niet enkel een mensenrecht dat men moet verdedigen, maar een noodzaak voor de naties i.v.m. hun eigen veiligheid en overleving. Dat is de kerngedachte van het boek “Religious Freedom. Why Now? Defending an Embattled Human Right” (Godsdienstvrijheid. Waarom nu? Voor de verdediging van een mensenrecht in gevaar, The Witherspoon Institute, Princeton 2012), gepubliceerd door Timothy Shah, professor aan de Universiteit van Georgetown (USA). In dit boek verdedigt een groep experten de gedachte dat de godsdienstvrijheid zich in de kern bevindt van de menselijke waardigheid, van de democratie en van de wereldvrede. Zij verklaren dat “de verdrukking van de godsdienst ertoe leidt het geweld, de instabiliteit, de tirannie, de economische stagnatie en de verdrukking van de vrouw aan te wakkeren”.
Volgens het aangehaald werk komt de groei van het islamitisch fundamentalisme voort uit de identificatie van politiek en godsdienst. In deze context willen bepaalde groepen die aan de macht komen de anderen dwingen tot een eenvormige godsdienstinterpretatie. De eerste slachtoffers van dit fundamentalisme zijn brede lagen van de mohammedaanse bevolking. Paradoxaal bestaat er daarenboven een relatie tussen het islamitisch terrorisme en het ontbreken aan godsdienstvrijheid. Wel verwerpt deze studie de mening dat de islam een intrinsieke onmogelijkheid inhoudt zich te verzoenen met de godsdienstvrijheid en de liberale democratie: “Voor het ogenblik zijn er steeds maar meer mohammedaanse denkers die argumenten uit de Koran gebruiken om de godsdienstvrijheid te verdedigen vanuit een islam-perspectief”. Het boek behandelt ook het probleem van de aanvallen op de godsdienstvrijheid in de westerse democratieën.
Het internationaal Verdrag van Burgerlijke en Politieke Rechten, goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in 1966 en bekrachtigd in 2010 door de grote meerderheid van de landen in de wereld, versterkt het artikel 18 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens betreffende het recht van godsdienstvrijheid. 83 % van de landen met een bevolking van minstens twee miljoen inwoners bieden grondwettelijke waarborgen van godsdienstvrijheid, en 8 % andere landen verbinden zich ertoe deze vrijheid te beschermen. Slechts 9 %, namelijk 13 landen, erkennen dit recht niet formeel. Toch, zoals hierboven blijkt, nemen de vervolgingen om godsdienstredenen onduldbare dimensies aan.
Discriminatoire maatregelen in Europa
In het Westen waar men tuk is op de democratie en de verdediging van de vrijheden, zijn er ook wetten en praktijken die de godsdienstvrijheid inperken. Een verslag van het Observatorium van de Onverdraagzaamheid en de Discriminatie werd op 21 mei jl. voorgesteld bij een Conferentie op hoog niveau van de Organisatie voor de Veiligheid en de Samenwerking in Europa (OVSE) te Tirana in Albanië, ter gelegenheid van een mededeling uitgebracht door de Directrice van het Observatorium, Gudrun Kugler.
De studie haalt 41 gevallen van nationale wetten aan met negatieve gevolgen voor de christenen in meer dan 15 Europese landen. Daarnaast bericht men er over 169 gevallen van onverdraagzaamheid tegenover christenen in de Europese Unie. Het verslag bestaat uit twee delen: het eerste ontleedt de beperkingen aan de vrijheid die de christenen van Europa treffen, en het tweede de ergste gevallen van intolerantie en discriminatie in Europa in het jaar 2012.
De problemen betreffen vijf fundamentele aspecten die niet enkel godsdienstig zijn:
– De gewetensvrijheid: men legt uit dat het niet gaat om een uitsluitend religieus probleem, en dat het kan toegepast worden niet alleen op personen, maar ook op instellingen. Het bezwaar tegen abortus en tegen het afleveren van contraceptieven vertegenwoordigt een ernstig probleem voor het beroepspersoneel in de sector gezondheid die zich in verschillende landen opstellen tegen deze praktijken.
– De vrijheid van meningsuiting: deze krijgt ernstige hinderpalen wanneer iemand weigert de homoseksualiteit te verstaan als een normale praktijk en zonder ethische bezwaren. Kritiek in die zin kan het voorwerp uitmaken van een strafonderzoek. Zo ook maakt openbare kritiek tegen de islam thans een risico uit voor de burgers.
– De vrijheid van vergadering en van vereniging:wat bv.treffend is, is het gebrek aan het dulden van vreedzame manifestaties voor het leven aan de klinieken die abortus uitvoeren. Anderzijds stelt men authentieke manifestaties van haat vast tegen christelijke instellingen.
– De beleidsvormen van rechtsgelijkheid: sommige ervan eerbiedigen niet de identiteitskenmerken van de instellingen. In Denemarken bv. hebben de overheden de Evangelische Kerk verplicht homoseksuele huwelijken te vieren in hun cultusplaatsen.
– De rechten van de ouders voor de opvoeding van hun kinderen: de ouders staan voor verscheidene belemmeringen zoals deze van de opvoedingscampagnes die gunstig staan tegenover de homoseksualiteit, waar men in bepaalde gevallen de ouders de mogelijkheid ontneemt te kiezen of hun kinderen deze bijwonen of niet. Een andere beperking is het verbod voor de ouders de opvoeding van hun kinderen te verzekeren thuis, verboden in sommige landen zoals Duitsland.
Het Observatorium richt een aanbeveling tot dezen die het beleid bedenken, te zoeken “naar een redelijk compromis” wanneer er een schok losbarst tussen de inhoud van het geloof en de wet.
José Ignacio Moreno is journalist, lid van de redactieraad van het agentschap Aceprensa. Fernando de Haro is eveneens journalist, voor de radio en de televisie. Bron: http://www.aceprensa.com/articles/la-libertad-religiosa-un-derecho-humano-combatido/. Deze tekst werd uit het Frans vertaald door Walter Van Goethem.