Een boekenshop voor katholieke inspiratie Verzending binnen heel BelgiëPapers over actuele onderwerpen

Achthonderd baby’s in een septische put?

13 juni 2014

De ombudsman van De Standaard vertelt hoe een dubieus verhaal plots wereldnieuws werd.

 

 

Wat was me dat een schokkend, beklijvend, merkwaardig, en door en door verdacht verhaal, over die achthonderd kinderlijkjes die door Ierse nonnen in een septische put zouden zijn gegooid.

U hebt het vast érgens gelezen — de afgelopen week stond het in alle westerse media, zelfs in The Washington Post en The Guardian. En ook in deze krant. ‘800 babylijkjes gevonden in septische put Iers nonnenklooster’, vertelde De Standaard Online ons op 3 juni, en de volgende dag herhaalde de papieren krant: ‘Nonnen wierpen 800 dode baby’s in septische put.’ In Ierland leidde het tot een emotioneel maatschappelijk (en parlementair) debat over de erfenis van het katholicisme — er is intussen een onderzoekscommissie aangesteld. Er borrelden ook opiniestukken op, zoals het ook hier verschenen ‘Haal het betonnen deksel van het verleden’ (oorspronkelijk The Guardian, 6 juni), waarin ‘de Kerk’ wordt opgeroepen: ‘Vertel ons waar de andere lijken liggen.’

Vier lezers schreven me aan met dezelfde opmerking: dat de bewijzen, die voor dergelijke gruwel werden aangedragen, toch mager waren? In alle artikels die vorige week internationaal over de zaak verschenen (ook in De Standaard) waren die dezelfde: één ‘plaatselijke historica’ had de overlijdenscertificaten opgevraagd van 796 kinderen, die tussen 1925 en 1961 overleden waren in een tehuis voor ‘bastaardkinderen’. Van slechts één vond ze een begraafplaats terug. Dus veronderstelt ze dat alle anderen op het terrein begraven liggen. En ze verwijst naar een getuigenis van twee nu volwassen mannen, die zich herinneren dat ze als kind in de jaren 1970, veertig jaar geleden dus, een gebarsten deksel van een put hebben gezien, waar enkele botten onder lagen. Maar dat veronderstelde massagraf is tot op vandaag, en ondanks alle debat, nog steeds niet gevonden, laat staan geopend.

Een van die vier lezers — die me bij dit stuk bijzonder heeft geholpen — stuurde me een interview met dezelfde vrouw uit de lokale Ierse krant Connacht Tribune, van 13 februari van dit jaar, vier maanden voor de zaak internationaal ging. Daarin werd ze geen historica genoemd, maar ‘huisvrouw’, die plezier had in het uitzoeken van familie-stambomen. Dat de botten in een septische put zouden liggen, heeft ze door deductie: na het horen van de getuigenis uit de jaren 1970 is ze op een oude kaart uit 1891 gaan kijken, en in de omgeving van waar de kinderen zich toen volgens haar moeten hebben bevonden, stond er zo’n put getekend. Mja.

Diezelfde lezer stuurde me ook de pdf van een folder van het plaatselijke actiecomité, ongedateerd maar duidelijk nog vroeger geschreven, waarin geld wordt gezocht voor een plakkaat of gedenksteen voor de kinderen. Daar klinkt dezelfde ‘historica’ een pak speculatiever: ‘Misschien werd er nooit een register bijgehouden (van waar de kinderen begraven liggen), of is het met de tijd verloren geraakt… Is het mogelijk dat een groot aantal van deze kinderen begraven liggen in dat kleine veldje achter aan het voormalige home?’ Ze schrijft ook dat Ierland in die periode sowieso een erg hoge kindersterfte kende.

Intussen ‘betreurt’ de vrouw dat haar woorden ‘in de media’ zo verdraaid zijn weergegeven. De reconstructie van hoe een lokaal verhaal, over een amateur-heemkundige die geld zoekt voor een herdenkingsplakkaat, plots een internationale sensatie werd, toont mooi hoe zoiets groeit. Hoewel het eerste artikel erover dus al in februari verschijnt, duurt het tot The Irish Mail on Sunday op 25 mei opent met ‘A MASS GRAVE OF 800 BABIES.’ The Mail is, net als zijn Engelse tegenhanger, een notoir onbetrouwbare krant; het verhaal maakt nog altijd niet veel los. Tot de prestigieuze The Washington Post het op 3 juni toch overneemt. Waarna de internationale media in actie schieten. Allemaal met dezelfde combinatie van absolute zekerheid, en absolute onzekerheid. De Standaard schrijft, net als alle andere media die week, tegelijk dat ‘op het domein de restanten zijn gevonden van bijna 800 babylichaampjes’ en ‘Daarom gaat Corless ervan uit dat ze gewoon in een put werden gedumpt’. Ze gaat ervan uit dat, maar ze zijn toch echt gevonden.

Waren het moslims geweest…

‘De cijfers zijn een zoveelste herinnering aan een erg donkere bladzijde uit (de geschiedenis van) het streng katholieke Ierland’, schrijft deze krant. Dat is natuurlijk de reden waarom dit zo’n weerklank kreeg. Nieuws wordt groter als het raakt aan een onderliggend verhaal, dat sterke emoties oproept, en waar mensen vaak van vinden dat het niet genoeg verteld wordt. Die verhalen worden altijd onder de mat gemoffeld! Ze zijn taboe! Maar gelukkig is er nu dit iconische voorbeeld! Om die reden wordt zo’n nieuws ook minder snel in vraag gesteld — het is dan alsof je de geldigheid van dat onderliggende verhaal zélf betwijfelt.

Geen wonder dus dat op katholieke blogs dit verhaal vrijwel meteen in vraag werd gesteld. Ook dat is deel van deze dynamiek: de geviseerde groep heeft vaak het al even verkeerde idee dat er niets anders dan dit soort verhalen in de krant staan, en dat hun culturele tegenstanders nooit zo negatief behandeld worden (‘waren het moslims geweest, het zou niet waar geweest zijn!’) — waardoor ze schier automatisch, en soms tegen beter weten in, een verhaal dat hen als groep lijkt te stigmatiseren, gaan kapot relativeren.

Maar in dit geval hadden ze gelijk.

Tom Naegels is de ombudsman van De Standaard. Zijn artikel werd in de krant van 10 juni gepubliceerd onder de titel “Achthonderd baby’s in een septische put? Kan niet”. Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20140610_01135529.