Een boekenshop voor katholieke inspiratie Verzending binnen heel BelgiëPapers over actuele onderwerpen

Welvoeglijkheid verenigt, grofheid verdeelt

2 maart 2021

Antone Martinho Trunswell is de decaan en de voorzitter van het St Paul college, van de universiteit van Sidney. Meer bepaald van de afdeling voor de studenten van de derde cyclus, die pas een jaar geleden werd opgericht. In een artikel voor AEON legt Martinho uit waarom hij besloten heeft de normen voor welvoeglijkheid en de omgangsvormen in de instelling te bewaren, tegen de tijdgeest en het advies van sommige collega’s.

In een college wonen studenten en universiteitsprofessoren van verschillende faculteiten. Naast de cursussen is er ook een intense culturele activiteit. In de zuiverste Britse stijl hebben de colleges een zekere vormelijkheid en etiquette behouden. Dat was ook zo in St Paul, het oudste college van Australië. Toen een jaar geleden beslist werd een afdeling op te richten voor de studenten van de derde cyclus en de leiding ervan toe te vertrouwen aan Martinho, hebben bepaalde collega’s hem gesuggereerd die “oude tradities” overboord te gooien, voor een “modern” image. Hij weigerde.

Niet dat Martinho een snob is, of dat hij geleid wordt door een elitaire geest. Integendeel: hij is van mening dat welvoeglijkheid “een bolwerk is tegen een van de meest onaangename driften van de mens, en dat ze als een vaccin werkt tegen onze meest gevaarlijke neiging: exclusieve groepen te creëren”. Niets is dus meer democratisch en inclusief dan de welvoeglijkheid.

Volgens Martinho is grofheid een van de dominante gebreken van onze samenleving, en dat is voor een deel te wijten aan het verdwijnen van de welvoeglijkheid in ons dagelijks leven. “De vorige eeuw heeft de individuele vrijheid in de hand gewerkt. Dankzij de liberalisering kan iedereen zich kleden, zich aan tafel gedragen en spreken zoals hij wil. Het probleem is dat ‘zoals hij wil’ bijna altijd uitliep op hetzelfde: namelijk vulgariteit.” Daarentegen draagt de etiquette er volgens Martinho toe bij dingen en mensen op een minder frivole en meer respectvolle wijze te behandelen.

Verre van een keurslijf te vormen dat de spontaneïteit beteugelt, schept de welvoeglijkheid een sfeer waarin men met elkaar kan omgaan als gelijken, onafhankelijk van de persoonlijke omstandigheden van elkeen (leeftijd, geslacht, cultuur) en ideologische affiniteiten. Als grofheid een kenteken is van onze tijd, is, aldus Martinho, de polarisatie — het indelen in groepen van wij tegen jullie — dat nog veel meer. Hij meent dat deze confrontaties ontstaan door onze natuurlijke neiging naar tribalisme, die ons ertoe brengt te overdrijven wat ons van de anderen onderscheidt, vanuit het standpunt dat de eigen karakteristieken exclusief zijn. Daarentegen “biedt de welvoeglijkheid ons een ongevaarlijke realiteit waarrond men een inclusieve groep kan vormen: het volstaat bepaalde normen te eerbiedigen en dadelijk voelen wij ons gelijken”. Deze regels zijn toegankelijk voor allen. Iedereen kan ze leren.

Welvoeglijkheid is niet iets voor rijken. In feite, merkt Martinho op, hebben tegenwoordig de sociale clubs van welgestelden de neiging de etiquette te laten varen en hun activiteiten degenereren vaak tot frivole bijeenkomsten. Daarentegen bewaren sommige organisaties samengesteld uit mensen van een meer bescheiden sociale klasse de omgangsvormen en verdedigen ze, want voor hen betekent de welvoeglijkheid een kans om de verschillen die hen van ‘de hogere klasse’ scheiden te vervagen.

De oudere universiteiten wisten dat ook. Vandaar komt het dat de colleges het protocol en de vormen bewaarden. Martinho besloot een jaar geleden om deze traditie in zijn college te behouden: “Het kostte moeite om de studenten en nog meer om de inwonende professoren te overtuigen, maar het was de juiste beslissing, en ik weet dat St Paul beter is daardoor. In deze moderne universiteit komen mijn studenten en professoren uit zeer verschillende economische, politieke, culturele en religieuze situaties. Geen enkele van deze karakteristieken werkt als een factor voor inclusie. Maar het leven in het college, de hoffelijkheid tegenover de andere residenten, geeft hun een gevoel van erbij te horen.”

Bron: https://www.aceprensa.com/sociedad/cuidar-las-formas-para-ganar-en-inclusividad/. Het werd gepubliceerd onder de titel “Cuidar las formas para ganar en inclusividad” (Waken over de omgangsvormen om meer inclusief te worden). Dit artikel is een samenvatting van het oorspronkelijk artikel: We need highly formal rituals in order to make life more democratic |Aeon Ideas. Deze tekst werd uit het Frans vertaald door Jos en Helene Van Dyck.